Liefde verspreiden
Door Flip
Het is vlak voor de zomervakantie. De organisatie draait nog op volle toeren. Alles is belangrijk en alles moet af voordat de zomer begint. Zij oogt strijdbaar, maar ook behoorlijk vermoeid. Ik vraag haar wat haar drijft in haar werk. Naast haar bevlogenheid over haar werkinhoud, merk ik op dat ze ‘het’ vooral goed wil doen. Goed doen voor de mensen, goed doen met de mensen. “Flip, iedere ochtend sta ik op en zeg ik tegen mijzelf dat ik de liefde moet verspreiden”
Het valt me op dat ook hier een erg actieve component in zit, dus dat geef ik haar terug. Daarop kijkt ze me vragend aan en zeg ik: “In plaats van de liefde te willen verspreiden, kun je misschien ook proberen of je het kunt zijn; het kunt voordoen.” Ze gaat wat meer naar achter zitten, haar schouders zakken en ik zie dat haar ogen een beetje vochtig worden. “Dat verspreiden, daar kan je volgens mij best moe van worden” zeg ik met een glimlach. Zij zucht: “Nou, dat kun je wel zeggen.”.